Ministers van de G20-landen zijn het niet eens geworden over het vaststellen van nieuwe doelen om uitstoot van broeikasgassen te beperken. Volgens Indiase bronnen liep het overleg stuk, omdat opkomende economieën de voorgestelde doelen afwezen. In de Zuid-Indiase stad Chennai houden de landen vooroverleg voor een klimaattop in september.

Volgens de bronnen eisten vooral westerse, geïndustrialiseerde landen dat de uitstoot van broeikasgassen werd gelimiteerd, zodat de aarde niet meer dan 1,5 graad Celsius zou opwarmen. Concreet zou die uitstoot voor 2030 met 43 procent moeten zijn verminderd.

De Franse minister van Ecologische Transitie Christophe Béchu zei erg teleurgesteld te zijn. Eurocommissaris voor Milieu, Oceanen en Visserij Virginijus Sinkevičius zei dat van de G20 werd verwacht dat er “gedurfde keuzes” zouden worden gemaakt en dat de G20 “moed en leiderschap” moest laten zien. “We kunnen het niet toelaten dat het tempo van de veranderingen wordt bepaald door degenen die het traagst bewegen”, aldus Sinkevičius.

Zaterdag klapte een G20-overleg over het terugdringen van het gebruik van fossiele brandstoffen al. Met name producerende landen van gas en olie waren het niet eens met het beperken van het gebruik daarvan. Zij stuurden aan op innovatie om uitstoot bij het gebruik van gas en olie van schadelijke stoffen te beperken.

In New Delhi vindt op 9 en 10 september de G20-top plaats. De G20 is een collectief van de Europese Unie en 19 landen als de Verenigde Staten, China en India. Volgens de G20 vertegenwoordigt de organisatie daarmee zo'n 80 procent van de internationale handel en twee derde van de wereldbevolking.

Wereld op koers voor opwarming aarde richting 2,7 graden deze eeuw

Als het lukt om de temperatuurstijging op aarde te beperken tot 1,5 graad, blijft aan het einde van deze eeuw zo’n anderhalf miljard mensen een leven in gevaarlijke hitte bespaard, zo bleek afgelopen mei uit nieuw onderzoek van wetenschappers van de universiteiten van het Britse Exeter, het Chinese Nanjing en de universiteit van Wageningen.

Als landen hun huidige klimaatambities niet opschroeven, komt de opwarming van de aarde volgens diverse eerdere studies rond het jaar 2100 uit op 2,7 graden ten opzichte van voor de industrialisatie. Bij die temperatuurstijging wordt het in sommige landen vrijwel overal gevaarlijk warm. Dat geldt niet alleen voor Afrikaanse landen zoals Burkina Faso en Mali, maar ook voor bijvoorbeeld Aruba, Thailand en delen van Indonesië en India.

Een gemiddelde temperatuur van boven de 29 graden Celsius op regionaal niveau geldt hierbij als gevaarlijk hoog. Zulke verzengende hitte heeft allerlei negatieve effecten, van hogere sterfte tot een lagere landbouwopbrengst en van verminderde productiviteit tot meer conflict, aldus het onderzoek.

In het onderzoek wordt becijferd dat bij een temperatuurstijging van de aarde met gemiddeld 2,7 graden, zo’n 2 miljard mensen worden blootgesteld aan riskant hoge temperaturen. Dat is aan het eind van de eeuw ruim een vijfde van de wereldbevolking, die dan volgens projecties uit ongeveer 9 miljard mensen zal bestaan.

Volgens de huidige projecties voor de uitstoot van broeikasgassen en de klimaatambities van overheden zit de wereld op een traject waarbij de aarde met 2,7 graden opwarmt. Het wordt in ieder geval steeds minder waarschijnlijk dat de beperking van de opwarming van de aarde tot 1,5 graden beperkt blijft.

De huidige jaarlijkse mondiale CO2-uitstoot van fossiele brandstoffen plus de CO2 die vrijkomt als gevolg van onder meer ontbossing, bedraagt zo'n 40 miljard ton per jaar. De wereld mag volgens schattingen van klimaatpanel IPCC vanaf 2023 in totaal nog zo'n 380 miljard ton CO2 uitstoten, om een kans van 50 procent te houden op een beperking van de opwarming van de aarde met 1,5 graad.

LEES OOK: In deze 50 landen kun je straks niet of nauwelijks meer op vakantie door extreme hitte, als de opwarming van de aarde ontspoort